DEN HAAG - Gemeenten hoeven geld dat ze krijgen voor armoedebestrijding van jongeren hoeven dat geld niet verplicht aan dat doel te besteden. Vorige week bleek uit onderzoek van NH Nieuws dat in 2017 meerdere Noord-Hollandse gemeenten de bijdrage regelmatig voor andere doeleinden gebruikte. Maar een voorstel de Tweede Kamerfracties van PvdA, SP, 50PLUS en DENK om dit te voorkomen haalde het niet.

Via stukken, verkregen via een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur, achterhaalde NH Nieuws dat meerdere van de 48 Noord-Hollandse gemeenten geen euro hadden uitgegeven. Van de in totaal vijftien miljoen euro bleef twee miljoen onbesteed. Bij veel gemeentebesturen die dat wel deden belande het geld vaak op andere plekken dan bij jongeren in armoede. Enkele gemeenten stopten het geld zelf in de algemene reserves, waardoor het geld op de grote hoop verdween.

Reden genoeg voor Tweede Kamerleden Jasper van Dijk (SP) en Gijs van Dijk (PvdA) om staatssecrataris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Tamara van Ark, met een motie (ingediend met ook 50PLUS en DENK) te dwingen om het geld te oormerken waardoor het alleen nog aan jongeren in armoede kan worden besteed. Maar dat voorstel haalde het dus niet.

'Doodzonde voor alle kinderen'
"Heel teleurstellend dat het kabinet en de coalitie armoedegelden voor kinderen totaal vrij laat aan gemeenten. Hierdoor lopen veel kinderen de extra ondersteuning, zoals sport, schooluitje, of een cadeau voor Sinterklaas mis. Het geld is echt voor de kinderen zelf bedoeld. En niet bestemd voor algemene middelen van gemeenten of lantaarnpalen", aldus PvdA-kamerlid PvdA. Ook zijn SP-collega Jasper van Dijk reageerde teleurgesteld. "Het blijft dus pappen en nathouden. Doodzonde voor de kinderen die nu dit geld mislopen."

De staatssecretaris erkende de bevindingen van NH Nieuws, maar liet vorige week tijdens het debat al weten weinig te voelen voor het oormerken van de armoedegelden. "Ik heb ook met gemeenten gesproken over het feit dat het gewoon nog niet is wat we met elkaar hadden afgesproken. Want er liggen afspraken, en die moeten ze nakomen. Dat stevige gesprek heb ik gevoerd. Maar het geld oormerken levert heel veel bureaucratie en administratieve lasten op. Dat geld komt dan niet terecht bij die kinderen. Ik ben er een hartstochtelijk voorstander van dat gemeenten het beste weten waar dat geld naartoe moet, juist omdat ze de lokale situatie kennen en verantwoording moeten afleggen aan de gemeenteraad."

Toch weigert PvdA-kamerlid Gijs van Dijk zich neer te leggen bij het afstemmen van de motie om het armoedebudget voor jongeren te oor merken. "Wij blijven dit komend jaar op de politieke agenda zetten."