NOORDDUINEN - Landschap Noord-Holland is van plan komend najaar konijnen te herplaatsen in delen van de Noordduinen, waar ze vrijwel zijn verdwenen. Dit om de konijnenstand daar te herstellen en de biodiversiteit in het natuurgebied te bevorderen. “We doen dat na het voortplantingsseizoen van de konijnen. De dieren zijn afkomstig van een vakantiepark waar ze in (te grote) aantallen voorkomen en schade veroorzaken. Bij ons zijn de konijnen juist heel welkom," vertelt boswachter Tim Zutt.

Konijnen zijn heel waardevol in het duinecosysteem

De Europese konijnenpopulatie heeft het de afgelopen decennia zwaar gehad door ziektes zoals myxomatose en RHD. In duingebieden als de Noordduinen, waar konijnen van nature thuishoren, leidde hun afname tot verruiging van het landschap. "Konijnen zijn echte ecosysteemingenieurs," vertelt boswachter Tim Zutt. "Ze houden het duingebied open door te grazen, hun gegraaf zorgt voor microhabitats voor insecten en reptielen, broedgelegenheid voor tapuiten en ze vormen voedsel voor roofdieren als de vos, marters en roofvogels."

Konijnen zijn hier hard nodig

De herfst is het beste moment om de konijnen uit te zetten, na het voortplantingsseizoen. De konijnen worden gevaccineerd voordat ze worden uitgezet. Tim Zutt: "We willen natuurlijk geen nieuwe ziektes introduceren. Deze groep konijnen is gezond en afkomstig van een plek waar ze overlast veroorzaakten. Nu krijgen ze een nieuwe kans in een gebied waar ze hard nodig zijn."

Zorgvuldige monitoring

Landschap Noord-Holland monitort de herintroductie nauwkeurig. “We hopen dat de dieren zich succesvol vestigen. Met een beetje geluk huppelen hier binnenkort weer jonge konijntjes rond. Dat is niet alleen leuk om te zien, maar vooral goed voor de natuur. Konijnen zijn van essentieel belang voor de tapuiten, dit vogeltje broedt hier in konijnenholen!”

Het uitzetten van de konijnen maakt deel uit van het meerjarige samenwerkingsprogramma Wij & Wadvogels. Hierin werken zeven natuurorganisaties samen aan het herstel van gezonde vogelpopulaties in het Waddengebied. Het programma, dat in 2019 is gestart, bestaat uit concrete maatregelen op plaatsen waar vogels broeden en rusten, zoals nestbescherming, aanleg van broedeilanden en herstel van hoogwatervluchtplaatsen.